Skip to main content

NK Drakenboot 2020

By 21 september 2020oktober 10th, 2020Nieuws

NK Drakenboot 2020; de corona-editie

Zaterdag 19 september vond het NK Drakenbootvaren plaats, als vanouds op de Amstelveense Bosbaan. Die locatie vormde een vertrouwd ankerpunt op een NK waarbij veel anders was dan ‘normaal’. De pandemie die Nederland – en de rest van de wereld – sinds het vroege voorjaar in haar greep heeft, bracht mee dat in 2020 nog minder publiek kwam opdagen dan het toch al schrale bezoekersaantal van vorige jaren, dat er in twee klassen werd gevaren (grote boot max 10 peddelaars, grote boot max 16 peddelaars), dat tussen en binnen de teams een veilige afstand moest worden aangehouden, dat geen horecavoorzieningen konden worden aangeboden en dat het bijwonen van de prijsuitreiking beperkt was tot de teamcaptains.

Daar kwam bij dat het NK, naast de enkele weken daarvoor afgewikkelde EHDC-regatta, als eenzaam baken figureerde op een desolate wedstrijdkalender. Geen enkel team had dit jaar wedstrijdritme kunnen opbouwen. Voor de meesten van de peddelaars was het die zaterdag dus ‘hello and goodbye’.

Andere omstandigheden en andere teams. Naar oud-vaderlandse traditie kent de Nederlandse drakenbootwereld – hoe klein ook – een hoge mate van splitsingsbereidheid. Gelukkig kent het huis van de NDBF vele woningen. De bond laat ook (nog) niet aangesloten teams toe tot het NK. Een onbekrompen uitleenpraktijk, waarbij peddelaars van verenigingen met een overschot de tekorten van onderbezette teams aanvullen, dempt de gevolgen van versnippering.

 

Het geschiedde dus dat we die zaterdag Dutchies konden aantreffen in uiteenlopende teams: de Dutch-jeugd, de Dutch-volwassenen, in een KLM-team, naar verluidt in een team van River en in een team dat zich blijkens zijn benaming vooral op de collectiviteit richt, als lichtpuntje in een verdeelde wereld.

Door ontbreken van horeca moesten de peddelaars hun energie putten uit de meegebrachte broodtrommeltjes en thermosflessen. Voor de seniore Dutchies een nostalgische herinnering aan dagjes uit in minder welvarende tijden:

“Heeft mama een goede bui en is papa niet te lui, nou dan gaan we naar de speeltuin”.

Waar bracht dit samenstel van omstandigheden ons? Voor de jeugd: op de plek die haar als vanouds toekomt, “de eerste en de enige“. Geen verrassing dus, maar een bevestiging van de unieke positie van de Dutch-jeugd in het Nederlandse drakenbootracen. Competitie zoekt en vindt de jeugd in de strijd met volwassen teams: op de 200 en 500 meter legde de Dutch-jeugd maar luttele seconden toe op teams die veel meer vermogen aan boord hadden, op de 2000 meter gaven onze jongens en meisjes vier teams het nakijken! Size matters, maar niet altijd.

De volwassen Dutch, die zoveel sterke Dutchies bij de concurrent zagen instappen dat we die concurrent bijna als een satellietteam mogen beschouwen, wonnen de meeste races en schoven na afloop met twee eerste (200 meter en 2k) en een tweede prijs (500 meter) ongedouched – de afstandseis won het van de hygiëne-eis – aan bij de buffetten van een ‘all you like to eat’-restaurant in Hoofddorp.

“Heel de dag is het dan feest

Tot we ‘r uitzien als een beest,

Nu we heerlijk naar de speeltuin zijn geweest”

Leave a Reply